woensdag 24 maart 2010

Zonnetje

Het geluid van zijn Honda Super Cub draaide eerst de straat in, daarna volgde de oude man zelf. Zijn brommer had een windscherm voorop, de lak was vaal en de motor liep als een zonnetje. De oude man stuurde het ding naar de muur die langs de straat liep en hij kneep in de remmen. De glazen van zijn bril waren groot en vierkant en net zo bekrast als het scherm op de Cub. Zo bleef de oude man daar staan, zijn handen rond de handvatten en de motor soepel snorrend. Er stond een grimas op zijn gezicht. Misschien was het een glimlach, misschien kneep hij al zijn hele leven tegen de Japanse zon. Wie zal het zeggen? De oude man bewoog één hand naar het contactsleuteltje. Hij draaide eraan en ineens was het stil in de schaduw van de muur. De oude man tilde zijn handen naar de knopen van zijn jas. Eén voor één maakte hij ze los. Hij schoof een hand naar binnen en de ogen van de oude man knepen nog verder samen achter de glazen met de krassen. Toen tilde hij een sigarettenpakje uit de jas. Hij schudde ermee en peuterde er een sigaret uit. Het was een lange sigaret en de oude man bracht het ding naar zijn lippen en stak het ertussen. Zijn ogen bleven maar knijpen tegen de zon. Of misschien was het toch een glimlach.

0 Reactie(s):

Geef je reactie

<< Home