donderdag 11 augustus 2005

Dichtbij o-bon

8.12 uur. De trein van Nagaokakyo naar Nagahama.
Ochtendspits. Ik begluur de mannen en vrouwen om me heen. Witte overhemden, mantelpakjes. Aktentassen. Vermoeide gezichten, nu al. Soms denk ik dat ze hier 24 uur per dag werken. Dan kijk ik naar mijn korte broek en mijn flesje water. Als overduidelijke toerist voel ik me een beetje schuldig tussen dit legioen van zwoegers.

9.20 uur. Omihachiman, aan het Biwako-meer.
Saiko-ji is een eenvoudig, klein heiligdom. En die zijn vaak het mooist. Vanaf de ingang loopt een pad met hobbelige stenen en aan weerskanten zorgvuldig geknipte perken. Ik volg het pad, wat moet je anders? Het is muisstil. De panelen van een ruimte naast het hoofdgebouw zijn iets uit elkaar geschoven. Ik zie het profiel van een monnik in kleermakerszit. Hij zit gebogen over een vel papier waarover hij beheerst een penseel beweegt. Ik houd mijn adem in en sta er minutenlang naar te kijken. Ik besef dat Japan zich hier van zijn mooiste kant laat zien.

10.30 uur. Omihachiman, Himure Hachiman-gu.
Nog twee dagen en Japan viert o-bon. Het feest van de duizend lichten. Ook bij dit heiligdom bereiden ze zich erop voor. Aan het gebouw zelf en boven het hele plein wiegen ontelbaar veel lampionnen zachtjes in de wind. Een man op een huishoudtrap hangt lampion nummer 936 op. Al kan het ook nummer 937 zijn, daar wil ik van af zijn.

11.26 uur. Omihachiman, Murakumo-gosho Zuiryu-ji.
Op 272 meter hoogte vouwt een vrouw haar handen. Ze buigt het hoofd en doet een gebed dat eeuwen lijkt te duren. Lekker langzaam. Het is heet hier op de berg, maar de tempel werpt een verkoelende schaduw over de vrouw. Het hout van de overkapping boven haar is wit uitgeslagen van honderden jaren zon, regen, wind en sneeuw.

17.55 uur. Nagoya, bij de ouders van Izumi.
De vouwdeuren van de butsudan, het familiealtaar, staan open. Ze zijn van donker hout dat is bewerkt door iemand met veel geduld. In een kommetje staat een wierookstokje. Er kringelt rook uit die de hele kamer vult met een kruidige geur. Mijn eerste o-bon. Morgenochtend vroeg, voordat de drukte uitbarst, ga ik met de familie mee naar de begraafplaats. Ik zal erbij zijn als ze met de monnik bidden voor hun overleden voorouders. Als ik straks maar kan slapen.

0 Reactie(s):

Geef je reactie

<< Home